Hier kunt u de brochures vinden van onze diensten. Verder vindt u hier de algemene voorwaarden en de DNR 2011.
Hier vindt u meer informatie over brandveiligheid, milieu of bouwen, een toelichting op diverse onderwerpen en een antwoord op veelgestelde vragen.
Een brandoverslagberekening kan aantonen dat het niet nodig is om (een deel van) een gevel brandwerend uit te voeren. Hierdoor kunnen kosten worden bespaard in de uitvoering van het bouwwerk.
Gevelopeningen, ramen en daken zijn niet altijd brandwerend uitgevoerd. Daardoor kan brand, via de buitenlucht, overslaan naar een andere ruimte, compartiment of gebouw. Wanneer de afstand voldoende is kan de brand niet overslaan.
Voor een brandoverslagberekening gebruiken wij het rekenprogramma Bando2. Dit programma modelleert het bouwwerk 3-dimensionaal. Het berekent de brandoverslagtrajecten vanuit de gevelopeningen / bouwdelen naar andere gevelopeningen / bouwdelen. De “ontvangende” gevelopeningen kunnen zowel van hetzelfde bouwwerk of van een ander bouwwerk zijn.
Bij een toetsing beoordeelt Lempers Consultancy of het (ontwerp) plan of het gebouw voldoet aan de wettelijke eisen.
Daarbij beoordelen wij de vereiste brandveiligheidsvoorzieningen uit hoofdstukken 2, 6 en 7 van het Bouwbesluit 2012 met betrekking tot:
Aan de hand van de toetsing geven wij u een advies voor de optimale indeling van het gebouw in:
Lempers Consultancy voert brandveiligheidsinspecties uit bij zowel bestaande gebouwen, als bij verbouw en bij nieuwbouw.
Wij beoordelen of het gebouw en het gebruik daarvan voldoet aan de wettelijke eisen van het Bouwbesluit. Daarbij wordt gekeken naar de bouwkundige, installatietechnische en organisatorische brandveiligheid:
Voor gemeenten, regionale brandweer en de omgevingsdiensten verzorgen wij het hele toezicht en handhavingstraject; zowel op basis van uitbesteding als detachering.
Bedrijven en architecten adviseren wij bij het ontwerpen, de realisatie en het brandveilige gebruik van gebouwen.
Lempers Consultancy verzorgt de toezicht op de bouw tijdens verbouw en nieuwbouw:
Aan de hand van de verleende omgevingsvergunning wordt tijdens bouw gecontroleerd of het bouwwerk voldoet aan de wettelijke eisen van het Bouwbesluit en het geldende bestemmingsplan. Daarbij wordt gecontroleerd op de uitvoering van onderdelen als:
Daarnaast voeren wij ook toezicht uit bij vergunning vrij bouwen en in het kader van sloopveiligheid en ruimtelijke ordening.
Lempers Consultancy kan voor u de melding of vergunning met de benodigde plattegrondtekeningen en eventueel aanvullende onderzoeken en rapporten verzorgen.
U bent verplicht om een melding te doen op grond van de milieuwetgeving voordat u bedrijfsactiviteiten beginnen of wijzigen. Deze verplichting geldt als u exploitant, huurder of eigenaar bent van bijvoorbeeld een industriëel of agrarisch bedrijf, een horecagelegenheid, of een winkel.
Bij het indienen van een (digitale) melding voor het Activiteitenbesluit moet u gegevens aanleveren over de activiteiten die plaatsvinden in uw bedrijf of instelling. Daarbij moet u vragenlijsten doorlopen en plattegrondtekeningen van het gebouw meesturen. Soms is daarnaast nog een bodemonderzoek of een geluidsrapport noodzakelijk.
In een beperkt aantal situaties is deze melding niet verplicht. In dat geval moet u wel aan landelijke wetgeving voldoen. Grotere bedrijven moeten soms een ‘omgevingsvergunning milieu’ aanvragen.
Lempers Consultancy kan voor u de melding of vergunningaanvraag met de benodigde plattegrondtekeningen verzorgen.
U bent verplicht om een ‘melding brandveilig gebruik’ in te dienen bij de overheid op grond van het Bouwbesluit. Deze verplichting geldt als u exploitant, huurder of eigenaar bent van een bedrijf, een horecagelegenheid, een winkel, een gebedshuis of kerk, school of ander openbaar gebouw. Deze melding moet u doen in de volgende situaties:
Bij het indienen van een (digitale) melding moet u gegevens aanleveren over de aanwezige brandveiligheidsvoorzieningen. Daarbij moet u vragenlijsten doorlopen en plattegrondtekeningen van het gebouw meesturen. Op deze tekeningen moeten alle brandveiligheidsvoorzieningen op de juiste plaats worden vermeld.
Voor het gebruik van sommige gebouwen is het verplicht een vergunning aan te vragen; een melding is dan onvoldoende. Dit geldt voor gebouwen zoals: hotels, kinderdagverblijven en basisscholen. Meer informatie hierover vindt u bij omgevingsvergunning brandveilig gebruik.
In opdracht van omgevingsdiensten voert Lempers Consultancy de toezicht en handhaving uit bij bedrijven in het kader van de Wet milieubeheer.
Wij verzorgen het hele traject van toezicht en handhaving (zowel op basis van uitbesteding als detachering):
Wij voeren controles uit bij zowel agrarische als industriële bedrijven. Dit varieert van de type A tot en met type C bedrijven. Bij de controles wordt het bedrijf beoordeeld op de naleving van de wettelijke voorschriften van het Activiteitenbesluit, de Activiteitenregeling. De type C bedrijven worden daarnaast beoordeeld op de naleving van de vergunningvoorschriften.
Bij de controles worden alle milieuaspecten meegenomen zoals: afval, bodem, water, lucht, geluid, veiligheid, brandveiligheid, energieverbruik. Bij de industriële bedrijven is daarbij extra aandacht voor de opslag van milieu- en brandgevaarlijke stoffen. Bij agrarische bedrijven worden veebezetting, stalsystemen en luchtwassers beoordeeld.
Lempers Consultancy kan voor u de melding of vergunningaanvraag met de benodigde plattegrondtekeningen verzorgen.
Bent u exploitant, huurder of eigenaar van bijvoorbeeld een hotel, kinderdagverblijf, basisschool of een verzorgingstehuis? Dan moet u een vergunning aanvragen voor het brandveilig gebruik. Deze verplichting geldt wanneer u:
Bij het indienen van een vergunningaanvraag moet u gegevens aanleveren over de aanwezige brandveiligheidsvoorzieningen. Daarbij moet u vragenlijsten doorlopen en plattegrondtekeningen van het gebouw meesturen. Op deze tekeningen moeten alle brandveiligheidsvoorzieningen op de juiste plaats worden vermeld.
Wanneer u een (horeca)bedrijf exploiteert waar niet wordt overnacht dan kan vaak worden volstaan met een melding. Meer informatie hierover vindt u bij melding brandveilig gebruik.
Bedrijven die een meer dan gemiddelde invloed op het milieu hebben moeten een omgevingsvergunning aanvragen. Welke activiteiten vergunning plichtig zijn staat in de bijlage van het Besluit omgevingsrecht. Omdat de wettelijke doorlooptijd tenminste 6 maanden bedraagt (uitgebreide procedure) is het belangrijk om tijdig de aanvraag in te dienen. Naast een uitgebreide omschrijving van de bedrijfsactiviteiten zijn vaak aanvullende onderzoeken en rapportages noodzakelijk zoals:
Voor vragen over het aanvragen van een vergunning of een aanvullend onderzoek kunt u contact met ons opnemen.
Lempers consultancy kan voor uw situatie beoordelen of een opvang- en doorstroomcapaciteits-berekening nodig is. Daarbij zorgen wij dat de berekening wordt uitgevoerd of beoordeeld. De rapportage onderbouwt dat er veilig kan worden gevlucht met eventueel aanvullende voorzieningen.
Om veilig te kunnen vluchten moet een gebouw of bouwwerk beschikken over voldoende vluchtroutes. Om de capaciteit van de vluchtroutes te bepalen kan hiervoor een berekening worden opgesteld. De gemeente of brandweer kan deze berekening eisen. In sommige gevallen volstaat een plattegrondtekening met de toewijzing van het aantal personen per vluchtroute of nooduitgang.
De Praktijkrichtlijnen Gevaarlijke Stoffen (afgekort PGS-richtlijnen) geven voorschriften om gevaarlijke stoffen veilig te kunnen opslaan. Daarbij is aangegeven welke maatregelen, (reken)methoden of technieken toegepast kunnen worden om gevaarlijke stoffen veilig te kunnen opslaan.
In de (milieu-) wetgeving of in de omgevingsvergunning is aangegeven aan welke voorschriften van de PGS-richtlijnen de opslag moet voldoen.
Zo is bijvoorbeeld in de Activiteitenregeling aangegeven dat de opslag van gasflessen moet voldoen aan hoofdstuk 6 van de PGS 15.
Veel gebruikte PGS richtlijnen zijn:
Wij kunnen beoordelen of de opslag van gevaarlijke stoffen voldoet aan de PGS-richtlijnen. Ook adviseren wij welke maatregelen de veiligheid kunnen waarborgen.
Lempers consultancy kan voor uw gebouw of plan beoordelen welke alternatieven brandveiligheidsvoorzieningen toepasbaar zijn. Daarvoor kunnen wij voor u een rapport ‘Beheersbaarheid van brand’ opstellen of beoordelen.
Voor een eigenaar of gebruiker van een gebouw kan de wetgeving soms (te) beperkend zijn. Bijvoorbeeld wanneer het aanbrengen van brandscheidingen zeer kostbaar is of niet kan worden gerealiseerd.
De brandveiligheid van een gebouw kan ook op een alternatieve manier worden gerealiseerd. ‘Beheersbaarheid van brand’ is één van de methodes om de gelijkwaardige veiligheid aan te tonen bij grote brandcompartimenten. ‘Beheersbaarheid van brand’ geeft vier ‘maatregelpakketten’:
Het toepassen van één van de bovengenoemde ‘maatregelpakketten’ hangt onder andere af van de hoeveelheid brandbaar materiaal (de vuurlast) dat het gebouw en de inventaris bevat. Dit wordt onderbouwd door een vuurlastberekening.
Lempers Consultancy kan voor u een rookverspreidingsberekening laten uitvoeren voor een gunstig tarief. Daarmee toont u aan dat veilig vluchten of een brandweerinzet mogelijk is. Voor deze berekening wordt het gebouw 3D gemodelleerd in het programma FDS.
Bij ondergrondse parkeergarages kan de brandweer u vragen om een rookverspreidingsberekening te laten uitvoeren. Een rookverspreidingsberekening toont aan dat de brandweer voldoende zicht heeft om een veilige blus- of reddingsactie uit te voeren. Ook kan deze berekening aantonen dat veilig vluchten mogelijk is in een hoog gebouw met een atrium.
Een vuurlastberekening wordt gebruikt om te bepalen hoe groot de brandcompartimenten mogen zijn en welke brandwerendheid de scheidingen moeten bezitten.
Met vuurlastberekening wordt bepaald hoeveel brandbaar materiaal aanwezig is in (gedeelde) van een bedrijf of een gebouw. De vuurlast (hoeveelheid brandbaar materiaal) is van invloed op het brandverloop. Namelijk: hoe meer brandbaar materiaal, hoe langer een brand kan duren.
Met een vuurlastberekening wordt gekeken naar:
De gemiddelde vuurbelasting is de hoeveelheid brandbaar materiaal die gemiddeld per m2 vloeroppervlak aanwezig is. De gemiddelde vuurbelasting kan worden omgerekend naar een (fictieve) brandduur. Daarbij geldt de volgende vuistregel: 1 kg vurenhout per m2 vloeroppervlak komt overeenkomt met een brandduur van 1 minuut. 60 kg vurenhout komt dus overeen met een brandduur van 60 minuten. Op deze manier kan de benodigde brandwerendheid van de scheiding worden bepaald aan de hand van de gemiddelde vuurbelasting.
De hoeveelheid aan brandbaar materiaal (vuurlast) bepaalt ook hoe groot het brandcompartiment mag zijn. De vuurlastberekening wordt daarom als basis gebruikt voor het toepassen van de methode Beheersbaarheid van brand.
Lempers Consultancy kan voor u de vuurlastberekening en de rapportage ‘beheersbaarheid van brand’ verzorgen of beoordelen.
De opslag en verkoop van consumentenvuurwerk en professioneel vuurwerk moet aan strenge brandveiligheidseisen voldoen. Brandweer, politie, omgevingsdiensten en gemeenten voeren tijdens de verkoop controles uit. Daarbij wordt beoordeeld of de opslag en verkoop van vuurwerk voldoet aan de wettelijke eisen van het Vuurwerkbesluit. Bij de controle wordt gekeken naar de bouwkundige, installatietechnische en organisatorische brandveiligheidsmaatregelen zoals:
Voor omgevingsdiensten, regionale brandweer en gemeenten voert Lempers Consultancy controles uit bij locaties waar vuurwerk wordt opgeslagen en verkocht.
Bedrijven adviseren wij bij het ontwerpen, realiseren en het brandveilig gebruiken van opslag en verkooplocaties van vuurwerk.
In de wetgeving op gebied van milieu en brandveiligheid worden veel afkortingen, begrippen en definities gebruikt. Hieronder volgt een praktische toelichting van een aantal veelgebruikte begrippen.
Brandcompartiment
Een brandcompartiment is een (gedeelte) van een gebouw of van gebouwen waar een brand zich kan uitbreiden. Door het opdelen van gebouwen of gebouwdelen in brandcompartimenten wordt voorkomen dat een brand ongelimiteerd kan uitbreiden en daardoor niet meer beheersbaar is.
Een gebouw kan op verschillende manieren worden opgedeeld in brandcompartimenten. Per verdieping of bouwlaag waarbij de vloer-plafondconstructie brandwerend is uitgevoerd (horizontale compartimenten). Een gebouw kan ook verticale compartimenten bevatten die over meerdere bouwlagen lopen zoals een liftschacht.
Factoren zoals; dag of -nachtverblijf, zelfredzaamheid van de gebruikers, aanwezige (stook)installaties of opslag van brandbare stoffen spelen een rol bij de indeling van een gebouw in brandcompartimenten en beschermde subbrandcompartimenten.
Beschermd subbrandcompartiment
Een brandcompartiment, bijvoorbeeld een verdieping van een verpleegtehuis, kan verder zijn opgedeeld in beschermde subbrandcompartimenten; de slaapkamers. De grote van een brandcompartiment is afhankelijk van het soort gebruik van het bouwwerk (gebruiksfuncties). Voor het van kracht worden van het Bouwbesluit 2012 werd hiervoor de term subcompartiment gebruikt. Deze term is nu vervangen door beschermd subbrandcompartiment.
Subbrandcompartiment
Een subbrandcompartiment is een (gedeelte) van een gebouw waar rook zich kan verspreiden. Door het beperken van rookverspreiding is het mogelijk om veilig te vluchten en reddingsacties uit te voeren. Een (beschermdsub) brandcompartiment in een gebouw kan weer verder zijn onderverdeeld in meerdere subbrandcompartimenten. De grote van een subbrandcompartiment wordt in eerste instantie bepaalt door de loopafstanden in het gebouw naar een veilige (rookvrije) plaats. Voor het van kracht worden van het Bouwbesluit 2012 werd hiervoor de term rookcompartiment gebruikt. Deze term is nu vervangen door Subbrandcompartiment.
Brandwerendheid
De brandwerendheid is de tijd (uitgedrukt in aantal minuten) dat een materiaal of constructie bestand is tegen brand. Door brandproeven wordt getest hoe lang materialen en constructies bestand zijn tegen brand. In certificaten of attesten wordt beschreven bij welke toepassingen en in welke omstandigheden de materialen of constructiedelen kunnen worden toegepast. Standaard wordt de brandwerendheid van materialen uitgedrukt in de eenheden 20, 30, 60, 90, 120 tot 240 minuten.
Branddoorslag
Branddoorslag is de uitbreiding van brand van een besloten ruimte naar een andere besloten ruimte. Brand kan zich in verschillende richtingen en op verschillende manieren uitbreiden (volgens het kubusmodel naar boven, vier zijden en naar beneden). De uitbreiding kan via verschillende delen van een constructie van een ruimte naar een andere ruimte verspreiden. Bijvoorbeeld tussen deur en kozijn of via een aansluiting van de wand aan het plafond. Van deze verschillende “trajecten” kan de brandwerendheid worden bepaald. Het “traject” met de laagste brandwerendheid is hierbij bepalend; de ketting is zo sterk als de zwakste schakel.
Brandoverslag
Brandoverslag is de uitbreiding van brand van een ruimte via de buitenlucht naar een andere besloten ruimte. Bij een uitslaande brand komen vlamtongen uit de gevelopeningen naar buiten. Door direct vlamcontact of door warmtestraling kan een brand overslaan naar andere gedeelten van het gebouw.
W.B.D.B.O
Weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag (uitgedrukt in minuten). De W.B.D.B.O bevat zowel de Weerstand tegen Brand Doorslag (afgekort W.B.D) en de Weerstand tegen Brand Overslag (afgekort W.B.O). De laagste waarde van de W.B.D en de W.B.O is bepalend voor de W.B.D.B.O
PGS
Praktijkrichtlijn gevaarlijke stoffen (zie verdere toelichting bij PGS richtlijnen).
Rookwerend
De rookwerendheid is de tijd (uitgedrukt in aantal minuten) dat een materiaal of constructie rookverspreiding kan tegengaan. Als vuistregel wordt vaak gebruikt dat wanneer een constructie 20 minuten brandwerend is uitgevoerd dat dan de rookwerendheid 30 minuten is.
PVE
Programma Van Eisen
W.R.D
Weerstand tegen rookdichtheid
Vuurlast en vuurbelasting
De vuurlast wordt bepaald door de totale hoeveelheid brandbaar materiaal dat aanwezig is in een gebouw of brandcompartiment. De vuurlast is van invloed op de brandduur en daardoor weer bepalend voor de vereiste brandwerendheid van compartimentscheidingen.
De vuurlast bestaat uit alle brandbare materialen van het gebouw of brandcompartiment zelf (permanente vuurlast) en de inventaris (variabele vuurlast). De vuurlast wordt uitgedrukt in GJ (Giga Joule). Dit is de hoeveelheid energie die vrijkomt wanneer alle aanwezige materialen verbranden.
De vuurlast kan ook worden omgerekend naar een equivalente hoeveelheid vurenhout. Hierbij komt 1000 kg vurenhout overeen met 19 GJ. De (gemiddelde of maatgevende) vuurbelasting wordt bepaald door de totale vuurlast te delen door het oppervlak van het gebouw of het brandcompartiment.
Relatie vuurbelasting en brandduur
Bij vuurlast berekeningen wordt er vanuit gegaan dat de brandduur (aantal minuten) ongeveer overeenkomt met het aantal kg vurenhout dat gemiddeld per m2 aanwezig is. Bij een gemiddelde vuurbelasting van 60 kg vh/m2 is de brand duur 60 minuten.